Pasteitjes met kippenragout
Porties
4personen
|
Prep Tijd |
Ingrediënten
- verpakking pasteibakjes
- 2 kipfilets
- enkele stukjes foelie
- 2 blaadjes laurier
- paar plakjes wortel
- 2 sjalotjes
- 1 bosje peterselie
- 1 tablet kippenbouillon
- 1 tl kerriepoeder
- 60 gr bloem
- 50 gr roomboter
- 1 scheutje slagroom
- 1 bakje champignons
- Begin een dag van tevoren met het koken van de kip. Vul een pannetje met voldoende water om de kip onder water te kunnen dompelen. Voeg de wortel, een in stukken gesneden sjalot, de laurier en de foelie daaraan toe. Breng het geheel aan de kook en zet het vuur daarna uit. Voeg dan de kipfilets daaraan toe en laat ze in 14 minuten gaar worden. Haal ze dan uit de pan en laat ze afkoelen. Bewaar het water in de pan; leg de kipfilets in de koelkast.
- Bak de pasteibakjes zoals aangegeven op de verpakking. Haal de kipfilets uit de koelkast en snijd ze in stukjes. Maak 500 ml bouillon van het bouillontablet en zeef deze om de gedroogde groentes eruit te halen. Zet de bouillon apart.
- Pel het sjalotje en snipper hem fijn. Zet daarna een bak/braadpan op het vuur en smelt de boter daarin. Bak het sjalotje en voeg daar het kerriepoeder aan toe. Laat dit op een laag vuur garen.
- Voeg de bloem toe zodra de sjalotjes zacht zijn en roer dit goed door het boter/kerrie/sjalotjesmengsel. Laat de bloem meegaren. Schenk dan, terwijl je goed blijft roeren, langzaam de bouillon bij het mengsel. Blijf schenken en mengen tot je een mooie, gladde en dikke saus hebt.
- Voeg vervolgens de champignons toe, samen met een scheutje slagroom, en laat dit op laag vuur zachtjes meekoken voor een paar minuten. Zet daarna het vuur uit en roer het kippenvlees erdoor. Hak de peterselie fijn en voeg die ook toe. Roer het geheel goed door.
- Snijd de dakjes uit de pasteibakjes. Schep de ragout in de bakjes en leg het dakje er weer bovenop. Smakelijk eten!
Ingrediënten
|
|